Afgelopen vrijdag overleed Renate Dorrestein op 64-jarige leeftijd. Ze laat niet alleen een groot aantal prachtige romans na (zoals Hart van Steen en de Stiefmoeder), maar ook een schat aan schrijftips. In 2000 publiceerde Dorrestein Het geheim van de schrijver, een inspirerend handboek voor beginnende auteurs.
In het 246 pagina’s tellende meesterwerk (dat werd genomineerd voor de AKO-literatuurprijs), gaat ze in op vragen als: hoe begin je aan een roman, welke perspectief kies je, hoe bedenk je levensechte personages, en hoe ga je om met kritiek op je werk?
Toen ik werkte aan mijn eigen roman, Savelsbos, heb ik veel aan Het geheim van de schrijver gehad. Hieronder lees je 7 tips die op mij de meeste indruk maakten. Vooral de adviezen over het schrijven van actiescènes en het bedenken van geloofwaardige personages waren voor mij onmisbaar.
Tip 1 – Begin met herkenbaarheid
De aftrap van een verhaal heeft altijd baat bij een element dat de lezer bekend voorkomt. Open met: ‘Hij zou een moord doen voor een stukje brood’, en de lezer zal worden herinnerd aan dat licht agressieve gevoel dat je krijgt als de ober na anderhalf uur nog steeds niet met je bestelling is komen opdagen.
Deze onmiddellijke identificatie komt niet tot stand als het verhaal begint met de mededeling: ‘Vanwege zijn ziekte coeliakie mocht hij geen brood eten.’ Het feit dat het personage iets mankeert dat hem van de gemiddelde mens onderscheidt, kan veel beter pas later aan bod komen, wanneer de lezer het gevoel heeft dat hij die man kent en begrijpt. In het beginstadium gaat het om wat de personages gemeen hebben met ons allemaal. Pas daarna kunnen zij ongehinderd vreemd zijn, heel vreemd zelfs, als dat nodig is.
Tip 2 – Maar vergeet het conflict niet
Wat voor het begin óók onmisbaar is, is frustratie, dat wil zeggen een tegenspeler of een omstandigheid die het streven van het personage in de weg zit. Daardoor ontstaat het conflict. Dat de ridder de Graal wil vinden, is één ding. Maar zijn queeste moet ook, vanaf het eerste moment, een hoop moeilijkheden opleveren.
Tip 3 – Denk aan je perspectief
Het werk van onervaren schrijvers vertoont bijna altijd inconsistenties op het gebied van perspectief. Pagina’s lang wordt de lezer deelgenoot gemaakt van de diepste zielenroerselen van personage A, om dan in een tussenzin pardoes in het bewustzijn van personage B plonzen.
Wat klopt, is de opeenvolging van deze zinnen: ‘De moed zonk haar in de schoenen toen ze hem met een bleek gezicht zag binnenkomen. Was hij zó kwaad op haar?’ Hier blijven we binnen de belevingswereld van de vrouw.
Wat niet klopt, is dit: ‘Zodra ze hem zag binnenkomen met dat bleke gezicht, zonk de moed haar in de schoenen. Ze schrok zo zichtbaar dat de man meteen besefte dat ze zijn woede had gezien.’
Een andere klassieke perspectivistische misser is deze: ‘Ze krijgt het warm, haar hart begint te bonzen en er verschijnen rode vlekken in haar hals.‘ De eerste twee sensaties beleeft het personage zelf, de derde is van buitenaf waargenomen.
Tip 4 – Maak je personages onvoorspelbaar
In slecht proza zie je vaak dat de schrijver getracht heeft de personages tot leven te wekken door beweegredenen van a tot z uit te spellen. Hij schrijft: ‘Op de ochtend van haar trouwdag besefte Sylvia dat ze met Robert de fout van haar leven ging maken.’
Hij had beter kunnen schrijven: ‘Op de ochtend van haar trouwdag besefte Sylvia dat ze vergeten was haar bibliotheekboeken op tijd terug te brengen.’ Sylvia I is iemand die de lezer na deze mededeling nooit meer zal verrassen. Sylvia 2 is heel wat intrigerender. Zij heeft op haar trouwdag toch zeker wel iets anders aan haar hoofd dan een boete van een paar kwartjes? Wat zullen we nu beleven? Juist omdat ze niet meteen een open boek voor hem is, verleidt Sylvia 2 de lezer tot doorlezen.”
Tip 5 – Schrijf je een spannende passage? Minder = meer
Als vuistregel hanteer ikzelf het axioma dat je op de momenten dat het verhaal een aangrijpende wending neemt, maar het best zo karig mogelijk kunt schrijven.
Vergelijk: ‘Toen hij in de donkere, nauwe steeg voetstappen achter zich hoorde, brak het klamme zweet hem uit en vertwijfeld deed hij een poging zijn paranoia de baas te blijven’ met deze alternatieve versie: ‘Hij stond stil. Hij luisterde gespannen. Het zweet brak hem uit. Hij werd gevolgd.’ Korte, onopgesmukte zinnen hebben een ander effect dan samengestelde zinnen vol details. Ze trekken de lezer regelrecht de papieren gebeurtenissen in: hier is niet de schrijver aan het woord, hier spreekt het verhaal.
Tip 6 – Sla onbelangrijke ontwikkelingen over
Het helpt om steeds te onthouden dat je van hoogtepunt naar hoogtepunt moet schrijven. (…) Als Egbert en zijn dochter Melanie op vakantie gaan, is het bijvoorbeeld niet nodig om hun vliegreis uitputtend te beschrijven. Een simpel bruggetje volstaat om hen van Amsterdam naar Mallorca te verplaatsen, waar hun drama zich zal voltrekken.
Tip 7 – Denk niet aan je lezers
Als het goed is, denkt de schrijver achter zijn bureau geen tel aan zijn lezers. Althans niet in concrete of individuele zin. ‘De lezer’ is voor hem louter de anonieme instantie die het oog van de buitenwereld representeert. Deze ‘lezer’ is weliswaar van onschatbaar belang omdat hij de schrijver dwingt tot het besef dat zijn verhaal voor anderen ontsloten en begrijpelijk gemaakt moet worden, maar meer dan een abstract idee is deze schim niet.
Writer’s block?
* Let op: deze lijst is verre van volledig. Iedereen die de droom heeft om een boek te schrijven, zou Het geheim van de schrijver eigenlijk zelf moeten lezen. De schrijftips van Renate Dorrestein komen pas echt tot leven in de context van haar eigen worstelingen bij het schrijfproces – en die deelt ze zonder gêne in Het geheim van de schrijver.
Het boek is overigens ook verkrijgbaar in de bundel Onder de motorkap van het schrijverschap. In deze uitgave zit naast Het geheim van de schrijver ook Dorrestein’s tweede schrijfhandboek, De Blokkade, dat vol staat met adviezen voor schrijvers die kampen met een writer’s block.
Schrijf je net als 10.000 anderen in voor mijn wekelijkse schrijftip. De ‘gouden’ tip ontvang je meteen! Klik op de mail.
Boek schrijven?
Abonneer je op mijn speciale nieuwsbrief voor schrijvers van boeken. Elke week inspiratie en tips.
Wie is Schrijfvis eigenlijk? En wat kun je hier doen?
Klik op de button en neem een kijkje bij de cursussen: je kunt meteen beginnen!
Welke schrijfcursus op Schrijfvis past bij jou? Vergelijk de cursussenLuister de Schrijfvis-podcast
Verrassende interviews met inspirerende schrijvers, copywriters, journalisten zoals Mensje van Keulen, Govert Schilling, Aartjan van Erkel, Jozua Douglas en de bekendste literair agent van Nederland.
Luister de podcast
Lees ook:
- Dit zijn de 22 beste boeken over schrijven
- Korte verhalen schrijven? Deze 9 tips van topauteurs bieden je houvast
- Dit zijn de 7 eigenschappen van pakkende eerste zinnen
- Stappenplan boek schrijven – hoe ik debuteerde met een thriller en mijn tweede boek nooit afkreeg
- Hoeveel woorden heeft een boek?
- Roman schrijven? Deze prijswinnende auteur helpt je over het dode punt met negen schrijfoefeningen
Hoi Dennis, even over die wisseling van het perspectief: hoe zit dat dan als er sprake is van een alwetende verteller? Die kan toch rustig van perspectief wisselen? Of zie ik dat verkeerd vanuit mijn perspectief? 😉